De Petrolpoort en het achtergelegen Boerenkrijgplein behoren tot de restanten van de 19e-eeuwse vestingwerken van Diest.
Restanten van de vestingswerken
Reeds tijdens de Middeleeuwen was Diest een versterkte stad, omgeven door stadswallen. Na de Belgische revolutie werd Diest een heuse garnizoensstad. Een deel van deze 19e eeuwse stadswallen en vestingswerken is bewaard gebleven.
Praktische info
- Ontdek fort Leopold hier
- Ontdek de Citadel hier
De Schaffense Poort
De Schaffense Poort is een van de oudste stadspoorten van Diest die reeds deel uitmaakte van de middeleeuwse stadsomwalling.
Bij de bouw van van de 19e eeuwse verdedigingsgordel rond Diest werd de Schaffense Poort heraangelegd tussen 1837 en 1844.
De Zichemsepoort
De Zichemsepoort werd aangelegd tussen 1837 en 1844 tijdens de bouw van de 19e eeuwse verdedigingsgordel rond Diest.
Op de heuvelwand, op de plek waar zich vroeger de Allerheiligenpoort bevond, werd een verbinding met de Citadel aangelegd die in de volksmond “Den Haemel” werd genoemd. Aan de voet van de Allerheiligenberg bevond zich dan de stadspoort die ook diende als waterpoort. De naam “Allerheiligenpoort” is nog lang in gebruik gebleven, daarnaast werd deze poort ook wel “Porte D’eau” of de Waterpoort genoemd.
De Saspoort
De Saspoort werd ook wel “Demerpoort” genoemd. Deze waterpoort werd aangelegd bij de bouw van de 19e eeuwse verdedigingsgordel rond Diest.
De poort was voorzien van een waaiersluis die tegen de stroming in kon draaien. Zo kon men de vlieten in de stad en de vesten te voorzien van water uit de Demer (rivier) en verzekerde tegelijkertijd de afwatering van de Begijnebeek. Het water dat via De Demer door de stad stroomde verliet vervolgens de stad weer langs de Zichemsepoort
Voor de Saspoort bevindt zich “De Teerlingen”, een overloop van de Demer in de Zwarte Beek. Deze werd omwille van het bulderende geluid ook wel “De Beer” genoemd.